Haastige spoed is zelden goed
We moeten rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan, vindt Herman van Veen.
Nou, ik dus niet.
Zoals jullie weten, moet ik helemaal niks. En rennen, springen of welke andere vorm van haasten dan ook, is al helemaal het laatste wat ik doe. Dat wil niet zeggen dat ik lui ben of dat mijn haat voor trage wandelaars of slome vervoersmiddelen niet minstens zo groot is. Er zit een levensgroot verschil in een ontspannen doch stevige pas of een haastige ren. Ook niet te vergelijken zijn een ‘wie-er-het-eerste-is’ wedstrijd of ‘de-trein-gaat-over-twee-minuten’ tocht.
Haasten geeft me een gigantisch gespannen, opgejaagd gevoel, veel te hoge ademhaling en dramatisch humeur. Dit valt uiteraard ook deels te wijten aan mijn enigszins belabberde conditie, maar ook grotendeels aan het feit dat ik van rust in mijn hoofd hou. En haasten is dan geen goede match. En waarvoor zie je mensen het meeste haasten? Juist, voor het Openbaar Vervoer.
Om die reden heb ik met mezelf afgesproken dat ik niet ren voor het OV. Het meest armoedige wat er is (oké vast niet het meest, maar toch) is rennen om de bus te halen en dat die klote bus dan recht voor je neus wegrijdt. Dat ál die mensen in de bus je nakijken, sommige met een blik van medelijden, anderen met een vuil sadistisch lachje. Dat ga ik mezelf dus niet meer aandoen. Zelfde geldt voor rennen voor de trein. En agressief driehonderd keer op het knopje op de deur drukken, werkt dus ook niet. Doei, dan maar een trein later. Niet dat wachten nou zou leuk is, maar je kan dan prima nog even een koffietje halen of even de Hema induiken. Wat ik bij de bus altijd doe, is alvast naar de volgende halte lopen. Qua tijd maakt zoiets geen barst uit, maar lopen vind ik by far fijner dan wachten. Kwestie van vooruitgang versus stilstand.
Je vraagt je nu waarschijnlijk af waarom ik dan niet gewoon met de fiets ga. Maar helaas is de fiets nog zo’n vervoersmiddel waar ik geen hele warme banden mee onderhoud. De enige momenten dat ik fietsen heerlijk vind, zijn als ik nergens écht heen hoef en er geen mensen of auto’s in de buurt zijn. Zo min mogelijk prikkels, daar ben ik namelijk overgevoelig voor en dat is knap lastig in een stad als Amsterdam. Geef mij maar een ontspannen fietstocht door de natuur. Heerlijk tussen de boerenweilanden (en lucht) door, langs mooie wateren of schitterende parken. Zonnetje erbij, relaxt tempootje. Genieten. Een ander verhaal is het als ik ’s ochtends naar werk me een weg moet banen tussen taxi’s, trams, trambanen, toeristen, bakfietsen, sjezende Fixies en, ergst van allemaal, duiven. Het is een rit van tien minuten, waarin ik tien jaar ouder op werk aankom.
Misschien een niet geheel onbelangrijk detail is dat ik pas op mijn 7e heb leren fietsen. Ik zag de noodzaak niet, maar m’n broer vond het welletjes. Die zijwieltjes moesten verdwijnen. (Dat hij die dan goed kon gebruiken als stuntobject speelde vast ook mee). Hij leerde me dan ook in rap tempo de basistechniek van het fietsen. Daar is het helaas ook bij gebleven, mijn fietsskills zijn niet per se fantastisch en ik blijf bang om te vallen. Het heeft ook niet meegeholpen dat op de basisschool een vriendinnetje met haar handremmen in die van mij vast kwam te zitten en ik voorover op straat vloog met twee zwaar gekneusde polsen als gevolg.
Zo blijkt maar weer, haastige spoed is zelden goed. En wat voor voetbal geldt, geldt voor het openbaar vervoer ook en misschien wel voor alles in het leven: je bent op tijd of je bent te laat. Als je te laat bent, moet je eerder vertrekken. Bedankt Cruijff, daar kan Herman nog wat van leren.Bewaren
Bewaren
Hahahaha Joost zijwieltjes nodig ????
Grappig ik dacht vroeger en heb ik heel lang gedacht dat het zijlwieltjes was? Hoorde het niet zo goed.
Erg leuk stuk weer! Alles Tranquila???
Slow down, je had gewoon wat meer tijd nodig om te leren fietsen, en het is goed gekomen!
Oma heeft nooit kunnen fietsen, misschien ook last van de tram en drukte.
Weer leuke blog, herinneringen ophalen, enig.
Helemaal mee eens. Als je er op gaat letten hoe veel mensen ‘haasten’ valt het pas op hoe dom het eigenlijk is.
Super leuk geschreven.
Echt hè? We jagen vooral onszelf op. Vaak nergens voor nodig.